Vogels op de eigen voedertafel

Natuurlijk is het leuk om in eigen tuin de vogels te kunnen zien. Vogels een beetje bijvoeren, zeker wanneer ze uw tuin toch al bezoeken voor natuurlijk voedsel, kan dan ook geen kwaad. Wel is het verstandig om daarbij enkele zaken in het oog te houden. Daarom enkele tips over hoe u de tuinvogels veilig kunt voeren:

* Voer hoeveelheden die voor de avond op gaan, zodat er geen resten overblijven op de grond of op de voertafel. Als het voer nat wordt en lang blijft liggen wordt het een vieze bende.
* Borstel of schud voerhuisjes, voertafels en silo’s regelmatig schoon. Silo’s zijn zo ontworpen dat de zaden niet snel nat worden, maar met regen en wind is het niet uitgesloten. Als de zaden gaan klonteren, moet u ze weggooien.
* Ververs water in waterbakken regelmatig.
* Ontsmet de voer- en waterplaats af en toe met kokend water of een desinfectiemiddel.
* Vooral vetbollen en vogelpindakaas kunnen sneller bederven met zacht, nat weer. Het vet ruikt dan vies, er komt een zwarte of witte waas over of de zaden erin beginnen te kiemen. Haal het voer weg als dit gebeurt.
* Verplaats voertafels af en toe om te voorkomen dat ziekteverwekkers zich ophopen.
* Dan is het alleen nog afwachten óf en welke vogels de gedekte tafel weten te vinden. Een tafel die een prettig steuntje in de rug geeft voor de tuinvogels.

Voor een echte vogelvriendelijke tuin is het natuurlijk belangrijk om structureel in een goed onderkomen en voedsel te voorzien. Oftewel; een groene, biodiverse tuin met voldoende schuilmogelijkheden en natuurlijk voedsel. U zult merken, dat de vogels al die inspanningen belonen en zich graag in zulk een tuin laten zien.